Geboorte


Tijdens het laatste gedeelte van de geboorte schuiven de schedelbeenderen over elkaar om het hoofdje te verkleinen, om zo de uitdrijving door het bekkenkanaal mogelijk te maken. Omdat de structuren van de schedel nog zeer flexibel zijn levert dit meestal geen problemen op.

Soms verloopt de uitdrijving minder soepel door bijvoorbeeld trage ontsluiting, vacuüm- of forcepsverlossing of sterrenkijkerbevalling. Dit kan zorgen voor een trauma op de schedel en/of het nekje van uw baby. Het gevolg hiervan kan zijn dat uw baby hoofdpijn heeft.

Er kan een blokkade in de bovenste nekwervels ontstaan en/of de schedelbladen schuiven niet goed uit elkaar.


Deze geboortetrauma’s kunnen zorgen voor asymmetrieen in het gehele lichaam met als gevolg een voorkeurshouding, afgevlakte schedel of asymmetrische schedelontwikkeling.

Daarnaast kan een blokkade hoog in de nek en schedel zorgen voor een verstoorde verwerking van zintuigprikkels. Deze wervelblokkades kunnen zich uiten in bijvoorbeeld een verstoord evenwicht, verstoorde lichaamsbewegingen, en in spijsverteringsproblemen.

Een osteopathische check-up of behandeling kort na de bevalling kan van grote waarde zijn voor een goede ontwikkeling van uw kindje.

Uiteraard wordt de behandeling uitgevoerd met zachte technieken.